Eerste Kamerverkiezingen 1951

Eerste Kamerverkiezingen 1951
Datum 31 juli 1951
Land Vlag van Nederland Nederland
Te verdelen zetels 50
(25 leden waren niet-aftredend)
Opvolging verkiezingen
← 1948     1952 →
Portaal  Portaalicoon   Politiek
Nederland

De Eerste Kamerverkiezingen 1951 waren reguliere Nederlandse verkiezingen voor de Eerste Kamer der Staten-Generaal. Zij vonden plaats op 31 juli 1951.

Bij deze verkiezingen kozen de leden van Provinciale Staten in de kiesgroepen[1] II en IV - die op 26 april 1950 bij de Statenverkiezingen gekozen waren - 25 leden van de Eerste Kamer.

De uitslag van de verkiezingen was als volgt:

Partij Zetels Verschil Zetelverdeling naar kiesgroep[1]
1948 1951 I[2][3] II[4] III[2][5] IV[6]
Katholieke Volkspartij 17 16 -1 9 3 2 2 (-1)
Partij van de Arbeid 14 14 0 2 4 4 4
Anti-Revolutionaire Partij  7  7 0 1 2 2 2
Christelijk-Historische Unie  5  6 +1 1 2 1 2 (+1)
Volkspartij voor Vrijheid en Democratie  3  4 +1 0 2 (+1) 1 1
Communistische Partij van Nederland  4  3 -1 0 0 (-1) 2 1
Totaal 50 50 0 13 13 12 12

Gekozenen

Bij deze verkiezingen waren 25 leden aftredend, van wie 21 herkozen werden.[7]

Bronnen

  • Nieuwsblad van het Noorden, 31 juli 1951
  • Zetelverdeling in de Eerste Kamer 1917-nu op www.nlverkiezingen.com

Noten

  1. a b Zie Eerste Kamerverkiezingen voor een nadere toelichting.
  2. a b In deze kiesgroep werden geen verkiezingen gehouden.
  3. Utrecht, Zeeland, Noord-Brabant, Limburg
  4. Groningen, Drenthe, Overijssel, Gelderland
  5. Friesland, Noord-Holland
  6. Zuid-Holland
  7. Fred Schoonenberg, herkozen op de lijst van de CPN in kiesgroep IV, nam zijn benoeming niet aan. In zijn plaats werd het aftredende lid Jan Schalker, die in kiesgroep II niet herkozen was, benoemd verklaard.
Vlag van Nederland
· · Sjabloon bewerken
Eerste Kamerverkiezingen

*1850 · 1853 · 1856 · 1859 · 1862 · 1865 · 1868 · 1871 · 1874 · 1877 · 1880 · 1883 · *1884 · 1887 (I) · *1887 (II) · *1888 · 1890 · 1893 · 1896 · 1899 · 1902 · *1904 · 1907 · 1910 · 1913 · 1916 · *1917 · 1919 · *1922 · *1923 · 1926 · 1929 · 1932 · 1935 · *1937 · *1946 · *1948 · 1951 · *1952 · 1955 · *1956 (I) · *1956 (II) · 1960 · *1963 · 1966 · 1969 · *1971 · 1974 · 1977 · 1980 · *1981 · *1983 · *1986 · 1987 · 1991 · 1995 · 1999 · 2003 · 2007 · 2011 · 2015 · 2019 · 2023
* algemene verkiezingen in verband met vervroegde ontbinding van de Eerste Kamer
vanaf 1987 bedraagt de vaste zittingstermijn van de Eerste Kamer vier jaar