Comburgse handschrift

De enige verluchting uit het handschrift (fol. 282r): afbeelding van de Vlaamse graaf Filips van de Elzas.

Het Comburgse handschrift is een handschrift met Middelnederlandse literaire teksten, geschreven in de periode tussen 1380 en 1425 en afkomstig uit de omgeving van Gent.

Dit verzamelhandschrift bevat een vijftigtal verhalen op 346 folia, waaronder:

  • een aantal werken van Jacob van Maerlant (onder andere de bekende strofische gedichten Martijn)
  • Der Leken Spieghel van Jan van Boendaele
  • De Boec van Catoene, een erg geliefd schoolboek
  • Van den vos Reynaerde van Willem die Madocke maecte.

Sommige teksten zijn alleen in dit handschrift overgeleverd, zoals enkele prozastukken, een groot aantal sproken, en:

  • de Rijmkroniek van Vlaanderen (een geschiedenis van Vlaanderen vanaf de achtste eeuw tot aan de regering van Jan zonder Vrees in 1405)
  • Een dispitacie van Rogiere ende van Janne van Jan de Weert
  • Sente Bernaerdus epistele (een Middelnederlandse versie van het verhaal over Sint-Brandaan)
  • Van Zeden, de Middelnederlandse vertaling van Facetus

Het Comburgse manuscript is geen mooi, fijn verzorgd handschrift met weelderige miniaturen, zoals men zich dat veelal voorstelt. Het perkament is van een bar slechte kwaliteit, oneffen en gepigmenteerd, met gaten erin, en het is slecht gebonden. Het bevat slechts één grafisch uitgewerkte initiaal en één enkele tekening van een ridder (Filips van de Elzas) op folium 282. Wellicht was het een soort catalogus, geschreven in de voordrachttraditie van toen en die kon geraadpleegd worden door wie een verhaal wilde bestellen, dat dan wél zorgvuldig en verfijnd zou worden gekopieerd. De codex bevat weliswaar geen prijzen voor de kopieerdiensten en bestellingen, maar de telling van de verzen laat toch toe te veronderstellen, dat hier beroepskopiisten aan het werk waren.

Het handschrift maakte een zwerftocht door Europa vooraleer het omstreeks 1570 in het Ritterstift van Schwäbisch Hall op de Comburg in Baden-Württemberg belandde, waar het bewaard bleef tot 1803. Sindsdien bevindt het zich in de Württembergische Landesbibliothek in Stuttgart (Cod. poet. et philol. fol. 22). Eén enkele keer – in 1991 – werd het broze handschrift uit de Landesbibliothek vrijgegeven, voor de fotografische reproductie in een facsimile-uitgave van het dierenepos Van den Vos Reynaerde.

Inmiddels is ook het Comburgse handschrift gedigitaliseerd en kan het online geraadpleegd worden in de digitale bibliotheek van de Württembergische Landesbibliothek Stuttgart.

In 1997 verscheen een diplomatische editie.

Externe link

  • Comburger Handschrift – mittelniederländische Sammelhandschrift – Cod.poet.et phil.fol.22"

Literatuur

  • Herman Brinkman en Janny Schenkel (reds.), Het Comburgse handschrift. Hs. Stuttgart, Württembergische Landesbibliothek, Cod. poet. et phil. 2° 22, 2 dln., Hilversum, Verloren, 1997
  • Jozef D. Janssens, De Comburgse codex, in: Literatuur. Tijdschrift over Nederlandse letterkunde, 1991, blz. 380-381
  • J. de Vos, "Een Gentse codex in Stuttgart", in: J. Janssens e.a., Van den Vos Reynaerde. Het Comburgse handschrift, Leuven, Davidsfonds, 1991
Mediabestanden
Zie de categorie Comburg manuscript - Stuttgart, Württembergische Landesbibliothek, Cod. poet. et phil. 2° 22 van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.